‘Als je perspectief kantelt, zul je verrast zijn door het uitzicht’

 minuten)

De overstap van jeugdbeschermer naar procesbegeleider van het Ondersteuningsteam zette bij Jan Pieter Meijer zijn twijfel over macht en het gebruik van macht in de jeugdzorg op scherp. ”Doordat je een nieuw perspectief toelaat, zie je kristalhelder hoe macht mensen kan vastzetten.” 

Intense armoede, diepe sporen van wantrouwen en inefficiënte samenwerking in de keten: dit is wat de zorgprofessionals in het Ondersteuningsteam aantroffen toen zij startten met hun opdracht. Het zorgde voor twijfel aan alles wat zij dachten te weten en te kunnen doen in de jeugdzorg. Het team, dat bestond uit diverse ervaren professionals, wist één ding zeker: het moest anders. Maar hoe? Pas op het moment dat zij deze vraag durfde te stellen en zichzelf toe stonden om te twijfelen, werd duidelijk wat er veranderd kon worden in benadering, houding, denkpatronen en werkwijzes om ouders en kinderen beter te ondersteunen. Juist door die twijfel wist het team doorbraken te forceren in vastgelopen processen en contactherstel in gezinnen. Wat zijn die twijfelmomenten die het werk en aanpak deden kantelen?

Met welk ander inzicht ben je de laatste maanden gaan werken?

Jan Pieter Meijer: “Als je deze ouders leert kennen en hoort wat zij hebben meegemaakt, word je omvergeblazen. Het absurde van onrecht dat ze is aangedaan, is bizar. Hoe kon dit gebeuren? In ons land? Waarom zijn mensen zo met hen omgegaan? Ze zijn tot in het extreme beschadigd als mens. Er is een grote mate van ongelijkheid in de wereld, dat weet je. Maar echt zien wat een systeem en macht kan doen, hoe het een mens kan vermorzelen, liet mijn perspectief over macht en hulp kantelen. Als het systeem jou in de steek laat en je zelfs aanvalt, maak je heel weinig kans als mens.”

Kantelde het bij jou je perspectief op het geven van hulp?

“Ja. Dat je deze ouders wilt helpen, redden zelfs, is bijna een automatisme. Maar dat je niet dienend bent als je met ouders meestrijdt, was voor mij een heftige les om te leren. De kunst is om zo neutraal mogelijk te zijn en echt te luisteren en te ondersteunen.”

Ging je, ondanks al je ervaring, anders werken door dit nieuwe perspectief?

“Ik zag toen pas dat je niet de stenen moet dragen die niet van jou zijn. Als je dat wel doet, word je partijdig. Je bent geen gesprekspartner meer voor de ouder, maar ook niet voor de andere professionals in de keten. En zij hebben ook een kwetsbaar en eerlijk verhaal. Dat ik niet de redder ben en echt keuzes of gedrag moet verdragen, was lastig om te leren. Het is een blijvende uitdaging om daar scherp op te blijven.”

Zo neutraal mogelijk werken, probeert iedere professional in de jeugdzorg te doen.

“Ja, ik ook. Ik wilde neutraal zijn, maar ik was het niet. We dragen allemaal petten waar macht bij hoort. Toen ik werkte in de crisisdienst bij jeugdbescherming Gelderland droeg ik bijvoorbeeld een hele duidelijke pet die precies vertelde wat mijn positie was en hoe de verhoudingen lagen. Als ik om informatie vroeg, had ik recht op informatie. Het gekke van macht is dat áls je het hebt je amper weet dát je het hebt. Het is als het dragen van schoenen: je hebt ze aan en je loopt erop. Maar wat het betekent om geen schoenen te hebben – je realiseert je het niet eens.”

Is macht per se verkeerd?

“Nee. Bij ernstige en acute onveiligheid was die macht helpend voor een kind. Al werd het bij een uithuisplaatsing altijd spannend. De timing, de inzet van politie, de rol van de ouders: er gebeurt veel op dat moment! Ik wilde een uithuisplaatsing ondanks alles zo goed mogelijk doen, zodat het ook perspectief bood op terugplaatsing. Ik wilde zorgvuldig omgaan met mijn macht. Maar toch: je haalt een kind weg bij zijn vader of moeder omdat je de uitvoerder bent van een kader waar macht speelt. En waar macht speelt, is er sprake van ongelijkheid en soms zelfs onderdrukking. Dus ik probeerde nuttig te zijn binnen dat kader. Maar de vraag of dat kader altijd nuttig was, begon steeds meer in mijn hoofd te spelen. Doordat je een nieuw perspectief toelaat, zie je ineens kristalhelder hoe macht mensen kan vastzetten.”

Wat zijn de scherpe randjes van macht zoals jij dat hebt leren kennen?

“Bij macht hoort argwaan, ingrijpen en ‘doorpakken’, een woord waar ik nog steeds de kriebels van krijg. Kun je werkelijk opkomen voor mensen als jij macht over hen hebt en zij ongelijk zijn aan jou? Wij hebben een mensenrechtenberoep en onze focus moet zijn om mensen sociaal sterker te maken. Maar dat staat onder druk als je ook uitvoerder bent in een systeem dat onrecht in zich heeft. Als mensen onvoldoende bewust zijn van hun macht binnen dat systeem, kan dat een groot gevaar opleveren. Ik weet, het is bijna filosofisch, maar dat is wel de kern waar het om draait.”

Hoe zie je die machtsverschil terug?

“Bijvoorbeeld met zakelijke, afstandelijke en dwingende taal. Niet zoals je van mens tot mens met elkaar zou communiceren. Het start dus al met de taal die wordt gebruikt in brieven.”

Maar mensen met een pet hebben verantwoordelijkheid. Jij als procesbegeleider van Het Ondersteuningsteam niet. Lekker makkelijk …

“Klopt. En dat jeugdbeschermers onder enorme druk staan en we veel van hen verwachten, klopt ook. Ongelijkheid zit in het hele systeem. Er zijn veel rollen belegd bij mensen met een pet op. Dus fijn als je als jeugdbeschermer hulp wilt bieden en contact wilt maken met een ouder. Maar zolang jij kunt beslissen over hun kinderen speelt er macht en is echt contact, zoals ik dat nu ervaar, onmogelijk. Het is zwaar voor hulpverleners om te verdragen dat zij moeilijk vertrouwd worden. Dat zie ik nu gebeuren. En ik doorgrond veel beter dat mensen mij vanwege mijn rol en bevoegdheden bij de jeugdbescherming niet vertrouwden. Voor mij geldt dus dat ik moet verdragen dat ik niet alles kan veranderen. Juist omdat ik geen bevoegdheden heb.”

Waarom is dat ‘verdragen’ helpend voor ouders? Ze willen toch boven alles dat zaken gefixt worden?

“Omdat ouders dan een taakvolwassen professional aan hun zijde hebben staan. Niet iemand die boos wordt op hen of teleurgesteld raakt omdat deze ouders soms ingewikkeld gedrag laten zien. Veel ouders die wij ondersteunen doen dat. Het is ingewikkeld door de ogen van een ander, maar ze zitten ook in een heel ingewikkelde situatie. Hun gedrag is ingewikkeld gewórden, omdat ze niet begrepen worden of klem stonden. Een professional die helpend wil zijn moet dus verder kijken dan alleen naar de buitenkant.”

De kern moet zijn: ik wil jou begrijpen en ik kijk voorbij gedrag.

“Ja. Te veel professionals doen dat niet en willen vooral graag zelf begrepen worden.  ‘Je moet kunnen begrijpen dat ik niet anders kan …’ Daar zit zoveel vooringenomenheid in. Ben je bereid je eigen agenda, je bagage en je overtuigingen opzij te zetten voor die ander?”

Is het belangrijk dat ouders je vertrouwen?

“Het is belangrijk maar geen doel op zich. We moeten accepteren dat sommige mensen die zo vermorzeld zijn het systeem niet gaan vertrouwen. En elke professional hoort bij dat systeem. Ik ook. Dat diepe, chronische, wantrouwen, vond ik lastig om te incasseren. Ik bedoel het toch goed? Ik doe mijn werk toch goed? Terugkijkend denk ik dat ik schromelijk heb overschat hoe goed mijn contact was met ouders toen ik jeugdbeschermer was. Als je macht uitoefent, zal je niet vertrouwd worden door iedereen. Hoe aardig je ook bent en hoe goed je het ook bedoelt. En juist dat moet je leren verdragen.”

Je ging macht in een ander perspectief zien. Wat zou je de jeugdbeschermer Jan Pieter van 10 jaar geleden willen leren?

“Toon bescheidenheid, veel meer bescheidenheid. Ik werkte in de overtuiging dat ik, door wat ik deed, veel kon bereiken. Maar mijn manier is niet dé manier. Een andere manier, is net zo wezenlijk en misschien zelfs beter. En als een ouder vandaag iets zegt of doet, is dat geen eindpunt. Hij of zij ontwikkelt zich, leert. Volgende week is de situatie anders. Dus werken met minder stelligheid, minder overtuigingen en meer bescheidenheid: graag! Door meer open te staan, geef ik nu veel meer ruimte aan een ander.  We willen zo graag dat ouders ons begrijpen en doen wat wij willen … het is bijna onbegrijpelijk hoe sterk die kramp is. Draai het om: begrijp die ander voordat jij begrepen wilt worden.”

In de serie Twijfel als krachtig gereedschap voor doorbraken verschenen eerder:

Sandra Schaap: ‘Hulp is pas hulp als het als hulp wordt ervaren.

Gijs Haanschoten ‘Onrust, maar ook onzekerheid, hoort bij herstel

Nora Akachar: ‘Als ouder start je op 1-0 achterstand en eindig je (soms) op 10-0 achter

Jan-Pieter Meijer: ‘Als je perspectief kantelt, zul je verrast zijn door het uitzicht

Sanne Hillebrand: ‘Ik kom niet voor jouw problemen, ik kom voor jou

Pauline Beijersbergen: ‘Ik ga er niet over.” Dat klopt. Maar samen gaan we er wél over’

Nicoline den Ouden & José Vianen: ‘Hulp is niet altijd helpend, veranderen bleek mogelijk’